dinsdag 18 maart 2014

Opeens vader

Deedee is tien jaar en woont met zijn moeder in Amsterdam. Hij heeft geen vader. Althans, daar heeft zijn moeder het nooit over. Op een dag besluit hij dat hij zijn vader wil leren kennen. Hij vraagt zijn moeder naar de naam van zijn vader. Die wil zij niet prijsgeven. Hij eet dan een dag niet en dreigt dat langer vol te houden. Dan geeft zij toe: hij heet Ivan. De volgende dag zoekt hij in de mobiele telefoon van zijn moeder en ja, daar staat een Ivan in. Die belt hij op. 'Jij bent mijn vader', zegt hij tegen de man aan de andere kant van de telefoon. Die lacht eerst, denkt dat het een grap is. Maar als Deedee volhoudt zegt hij: 'Geef je moeder maar even'. Maar dat kan niet, want die zit in bad.

Zo begint De laatste ontsnapping van Jan Mersbergen. Korte tijd later volgt de eerste ontmoeting tussen vader en zoon. Deedee heeft zijn vader daarvoor uitgenodigd langs te komen tijdens een training van zijn karateclub, in een sportlokaal aan het Museumplein in Amsterdam. Wat dan volgt zou je het beste een 'ontmoeting op afstand' kunnen noemen. Ivan arriveert als de training al bezig is. Al in de deuropening herkent hij in de groep jongens zijn zoon. Deedee op zijn beurt begrijpt direct dat de man die daar zo naar hem staat te kijken zijn vader is. Hij loopt op hem af, zegt 'hoi', krijgt dezelfde groet als antwoord en vervolgens wisselen ze enkele korte vrijblijvende opmerkingen. De training wordt verder normaal afgewerkt, waarbij Ivan de bewegingen van zijn zoon gebiologeerd gadeslaat. Opeens een zoon van tien hebben is iets waaraan je toch even moet wennen.

Deedee heeft een vriendje, Ruben. Diens vader is de verteller, degene door wiens ogen je als lezer het verhaal beleeft. Hij is jurist, werkte lange tijd bij een vooraanstaande firma maar is kortgeleden wegens een bezuiniging ontslagen. Net als bij Ivan het geval is staat ook zijn wereld ineens op zijn kop. Waar Ivan de schok van het plotselinge vaderschap moet verwerken, daar moet de ik-figuur hetzelfde doen met de schok van de werkloosheid en dreigende hypotheekproblemen. Twee mannen die hun levenskoers moeten bijstellen. Ivan verdient de kost met een sensationele act in nachtclub. Hij laat zich vastbinden aan een stoel, in brand steken en vervolgens weet hij als een ware Houdini los te komen voordat de vlammen hem verwonden. De ik-figuur is gefascineerd door dit optreden én door de wereld van de Amsterdamse nachtelijke clubscene. Hij laat zich door Ivan daarin op sleeptouw nemen en raakt eraan verslingerd.

Gaandeweg wordt duidelijk dat Ivan een complex verleden heeft. Als jonge man heeft hij zijn familie op de Balkan verlaten om te voorkomen dat hij in de oorlog verzeild zou raken die in de jaren negentig woedde. Dat verleden heeft hij lang kunnen wegdrukken, maar de wetenschap dat hij een zoon heeft rakelt het verleden weer op, dwingt hem ook over de toekomst na te denken. Datzelfde moet ook Rubens vader doen, die toen hij nog werkte nauwelijks een vader was voor zijn kind. Nu, werkloos, leert hij zijn zoon pas beter kennen.

De laatste ontsnapping is een verhaal dat gaat over menselijke relaties, over verantwoordelijkheden, over de vraag wat nu de werkelijk belangrijke zaken zijn in je leven en over de noodzaak keuzes te maken. Mersbergen focust heel scherp op de hoofdpersonen en op de situaties waarin zij verkeren. Daardoor blijft het verhaal klein, duidelijk en ook heel persoonlijk. Het verleden van Ivan wordt in subtiele doseringen toegelicht, maar dat wat je al vroeg vermoedt maakt het wel spannend. De beide jongens overtuigen in hun spontaniteit, hun directheid en hun twijfels. Tijdens een exclusief optreden van Ivan in Zuid-Frankrijk - dat tevens zijn laatste zal zijn - waarbij de beide jongens en de ik-figuur aanwezig zijn, komt alles samen. Dan merk je hoe goed de roman in elkaar zit, het moet eindigen zoals het eindigt, het kan niet anders.

De laatste ontsnapping is een mooie, afgeronde vertelling. Ik las niet eerder iets van Mersbergen, terwijl hij toch al zes andere boeken heeft gepubliceerd. Vooral de romans Naar de overkant van de nacht (2011) en Morgen zijn we in Pamplona (2007) worden geroemd. In 2011 ontving hij voor zijn gehele oeuvre de BNG Nieuwe Literatuurprijs, de prijs voor auteurs jonger dan veertig jaar.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten